• Reinig tijdens aanpassingswerkzaamheden of bij het
verwisselen van gereedschap uw directe werkomgeving
bij de machine grondig en volgens de voorschriften d.m.v.
afzuigen (nooit door wegblazen met perslucht). Vervuiling
door stof kan later storingen bij het functioneren en/of
materiële schade veroorzaken.
• Bevestig het gereedschap altijd goed.
• Verwijder eventueel montage- of onderhoudsgerei,
gereedschap, poetslappen, montageafval enz. volledig uit
de machine.
• Zorg ervoor dat alle componenten ongehinderd kunnen
bewegen.
• Controleer nadat alle aansluitings-, aanpassings-,
onderhouds- en/of reparatiewerkzaamheden zijn
afgesloten dat de machine volledig bedrijfszeker resp.
operationeel is.
• Controleer dat alle beschermvoorzieningen correct zijn
aangebracht.
• Bewegende/roterende machine-onderdelen die niet
kunnen worden afgedekt, vormen altijd een bron van risico
met groot letselgevaar door mogelijke beknellings-, snij-,
schaar-, intrekkings-, val-, oprol- of stootplaatsen.
• Voer functiecontroles en een testrun uit overeenkomstig
de instructie en controleer met name de veiligheids-
voorzieningen en de correcte functie daarvan.
• Zorg dat u vertrouwd raakt ook met mogelijke
schakelfouten en de vermijding daarvan, evenals met de
noodzakelijke maatregelen bij slechte bedrijfsresultaten.
• Maak na functiecontroles/testruns de machine weer
bedrijfsklaar voor de operator en instrueer hem indien
nodig over een mogelijke nieuwe omgangswijze.
15. Machinegebruik, inspectie, controle
Gevaar!
Verlaat uw werkplek nooit wanneer de machine loopt.
Voorkom het aanraken van bewegende/roterende
onderdelen.
Neem de machine pas in gebruik wanneer alle installatie-,
aansluitings- en onderhoudsmaatregelen veilig zijn
afgesloten.
Zorg ervoor dat bij de ingebruikneming en het inschakelen
van de machine geen mensen met de machine werken of
risico's lopen door de startende machine.
Schakel de machine pas in, wanneer veiliggesteld is,
• dat eventuele storingen volledig zijn verholpen,
• dat aanpassings- en onderhoudswerkzaamheden correct
werden beëindigd,
• dat versleten en/of beschadigde onderdelen werden
vervangen,
• dat alle bescherm- en veiligheidsinrichtingen functioneren.
Gevaar!
Laat de machine nooit door een tweede persoon
inschakelen, wanneer u aanpassings- of
onderhoudswerkzaamheden in de gevarenzone moet
uitvoeren.
Houd bij alle maatregelen rekening met het
beknellingsgevaar tussen bewegende machine-onderdelen
en vrijstaande afgrenzingen (gebouwen, veiligheidshekken
enz.).
16. Werken met de machine
Plaats geen pallets of andere voorwerpen in de gevarenzone
van minimaal 1,0 meter tussen bewegende machine-
onderdelen en vaststaande afgrenzingen (muren, pilaren,
andere machines of veiligheidshekken enz.).
Gevaar!
Een ingeschakelde machine (hoofdschakelaar of
stroomtoevoer AAN) kan zich altijd vanzelf in
beweging zetten.
Gebruik de machine uitsluitend met de af fabriek
aangebrachte veiligheidsvoorzieningen.
Gevaar!
Roken en ieder gebruik van vuur, open licht en andere
ontstekingsbronnen op de plaats waar de machine
staat is verboden.
Verwijder tijdens de werking regelmatig stof dat ontstaat,
in door de exploitant vast te leggen intervallen. Neem de
voorschriften m.b.t. brand- en explosiepreventie in acht.
Voer kwaliteitscontroles van componenten uitsluitend uit
wanneer de machine stilstaat en werd beveiligd tegen
opnieuw inschakelen of wanneer de component de machine
heeft verlaten en veilig werd neergelegd.
Draag wanneer de machine in bedrijf is altijd de aanbevolen
of voorgeschreven, persoonlijke beschermuitrusting, zoals
beschermbril, veiligheidskleding, gehoorbescherming,
veiligheidsschoenen enz.
Grijp nooit met de handen in de draaiende machine of
achter afdekplaten/kappen en in andere plaatsen die u niet
kunt inzien.
Gevaar!
Letselgevaar door beknelling en snijden
Nooit aanraken:
• gereedschap, voordat de machine volledig en veilig tot
stilstand is gekomen,
• warme componenten zoals aandrijvingen.
Zet de machine onmiddellijk stil, schakel de
hoofdschakelaar/stroomtoevoer uit,
• bij abnormaal/ongebruikelijk machinegedrag, lawaai of
trillingen,
• bij beschadigingen aan het gereedschap, resp. bij een
gebrekkige bevestiging van gereedschap,
• bij storingen in de elektrische/pneumatische
energietoevoer.
Stel de oorzaak van de storing vast en laat deze
door vakkundig personeel, met inachtneming van de
veiligheidsvoorschriften, volledig verhelpen of informeer de
firma Paul Hettich GmbH & Co. KG.
Opnieuw in bedrijf stellen is pas geoorloofd, nadat alle
gebreken of beschadigingen volledig zijn verholpen.
Schakel de machine voordat u de bedieningsplaats verlaat
uit en neem passende maatregelen, waardoor deze niet door
onbevoegden of per ongeluk kan worden ingeschakeld.
nl
565
565