Descargar Imprimir esta página

Vloeistoftemperatuur; Maximaal Toelaatbare Werkdruk En Mediumtemperatuur M.b.t. De Asafdichting; Minimale Voordruk - Grundfos CR Serie Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 77

5.2 Vloeistoftemperatuur

De tabel op pagina
333
laat de relatie zien tussen het bereik van
de vloeistoftemperatuur en de maximaal toelaatbare werkdruk.
De bereiken van de maximaal toelaatbare werkdruk
N.B.
en mediumtemperatuur gelden uitsluitend voor de
pomp.
5.3 Maximaal toelaatbare werkdruk en
mediumtemperatuur m.b.t. de asafdichting
Het onderstaande schema geldt voor schoon water
N.B.
en water dat antivriesmiddel bevat.
CR, CRI, CRN 1s tot 20 en CR, CRN 32 tot 150
p [bar]
35
30
25
H
H
H
20
Q
Q
Q
HQQE/V
Q
Q
Q
15
HBQE/V
E
V
E
10
5
0
-60 -40 -20
0
20
Afb. 3 Maximaal toelaatbare werkdruk en mediumtempera-
tuur
Standaard
Motor
asafdichting
[kW]
HQQE
0,37 - 45
HBQE
55-75
HQQV
0,37 - 45
HBQV
55-75
U kunt CRI en CRN pompen die een H type asafdichting met
EPDM rubber delen gebruiken, HxxE, ter plaatse reinigen (CIP)
met vloeistoffen tot 150 °C gedurende maximaal 15 minuten.
Het verpompen van vloeistoffen met een temperatuur
van +120 °C kan leiden tot periodiek luidruchtig
N.B.
bedrijf en kan de levensduur van de pomp verkorten.
CR, CRI, CRN pompen zijn niet geschikt voor het langdurig ver-
pompen van vloeistoffen warmer dan 120 °C.
H
H
Q
B
Q
Q
E
E
40
60
80 100 120 140
t [°C]
Max. temperatuurbereik
[°C]
-40 - 120 °C
0-120 °C
-20 - 90 °C
0-90 °C

5.4 Minimale voordruk

Hf
H
Pb
Afb. 4 Schematisch overzicht van een open systeem met een
CR pomp
Bereken de maximale aanzuigstijging "H" in meter opvoerhoogte
als volgt:
H
= p
x 10,2 - NPSH - H
b
p
= Barometrische druk in bar.
b
Voor de barometrische druk kan 1 bar worden aange-
houden.
In gesloten systemen geeft p
aan.
NPSH = Netto Positieve Zuighoogte (NPSH) in meter opvoer-
hoogte.
Af te lezen van de NPSH curven op pagina
hoogste debiet dat de pomp kan leveren.
H
= Wrijvingsverlies in de inlaatleiding in meter opvoer-
f
hoogte bij het hoogste debiet dat de pomp zal leveren.
H
= Dampspanning in meter opvoerhoogte, zie afb. E op
v
pagina 336. t
= vloeistoftemperatuur.
m
H
= Veiligheidsmarge = minimaal 0,5 meter opvoerhoogte.
s
Als de berekende "H" positief is, kan de pomp functioneren bij
een zuighoogte van maximaal "H" meter opvoerhoogte.
Als de berekende "H" negatief is, dan is een voordruk van mini-
maal "H" meter opvoerhoogte nodig. De druk moet gelijk zijn aan
de berekende "H" tijdens bedrijf.
Voorbeeld
p
= 1 bar.
b
Pomptype: CR 15, 50 Hz.
3
Debiet: 15 m
/h.
NPSH (van pagina 331): 1,1 meter opvoerhoogte.
H
= 3,0 meter opvoerhoogte.
f
Vloeistoftemperatuur: +60 °C.
H
(van afb. E, pagina 336): 2,1 meter opvoerhoogte.
v
H = p
x 10,2 - NPSH - H
- H
b
f
v
H = 1 x 10,2 - 1,1 - 3,0 - 2,1 - 0,5 = 3,5 meter opvoerhoogte.
Dit betekent dat de pomp kan werken bij een zuighoogte van
maximaal 3,5 meter opvoerhoogte.
Druk berekend in bar: 3,5 x 0,0981 = 0,343 bar.
Druk berekend in kPa: 3,5 x 9,81 = 34,3 kPa.
5.5 Minimale voordruk
De tabel op pagina
334
laat de maximaal toelaatbare voordruk
zien. Echter, de actuele voordruk + de maximale pompdruk (bij
nullast), moet altijd lager zijn dan de waarden vermeld in afb. A
op pagina 333.
De pompen worden druk-getest bij een druk van 1,5 keer de
waarden vermeld in afb. B, pagina 334.
NPSH
Hv
- H
- H
f
v
s
de systeemdruk in bar
b
331
bij het
- H
[meter opvoerhoogte].
s
175

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

Cri serieCrn serie