2. Markeer een tunnelroute vanaf de locatie van de IPG-holte naar de incisie boven het oor naast
de lead-houders.
3. Dien de juiste plaatselijke verdoving toe naast de tunnelroute.
Let op: Pas op dat u de DBS-lead of andere onderdelen niet beschadigt of doorprikt
wanneer u een plaatselijke verdoving toedient.
4. Buig het tunnelinstrument zo nodig tot een geschikte vorm.
Let op: Verbuig het instrument niet bij de vergrendelpunten.
5. Creëer een subcutane tunnel vanaf de incisie boven het oor, langs de tunnelroute naar de holte
voor de IPG.
6
Waarschuwing: Pas op dat u bij de patiënt geen letsel veroorzaakt door het beschadigen
6. Wanneer de punt van het tunnelinstrument volledig is ingebracht, schroeft u de handgreep van
het tunnelinstrument los en verwijdert u deze (Afbeelding 28).
Afbeelding 28. De handgreep van het tunnelinstrument verwijderen
7. Pak de punt van het tunnelinstrument stevig vast met de ene hand en trek met de andere hand
de schacht uit het rietje waarbij u het rietje met de andere hand tegenhoudt.
8. Duw de proximale uiteinden van de leadverlengkabels door het rietje en trek het rietje
vervolgens terug.
9. Trek het tunnelinstrument met riet terug.
10. Optioneel: Zet de connector van de leadverlengkabel vast aan de fascie met behulp van
hechtdraden en/of hechthoezen.
Let op: Gebruik geen hechtdraad van polypropyleen, aangezien deze de hechthoes kan
beschadigen. Bevestig de hechting niet rechtstreeks op de leadverlengkabel of
gebruik een hemostaat op de behuizing van de leadverlengkabel. Hierdoor kan de
isolatie van de leadverlengkabel beschadigd raken.
6 Tunneling is getest met gebruik van Integra herbruikbare peritoneale shuntinbrengers (modellen 901218, 901224,
9MD270) van 46 cm, 61 cm en 70 cm met vervangende peritoneale shunthoezen (modellen 901118, 901124,
9MN170). Gegevens in het dossier
of doorprikken van vitale lichaamsdelen langs de tunnelroute, zoals de
plexus brachialis en slagaders.
Het DBS-systeem implanteren
Handleiding chirurgisch implantaat
92495783-02
Pagina 213 van 1157