Wilo Flumen OPTI-TR 20-1 Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento página 272

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 1092
nl
13.3
Explosie-goedkeuring
13.3.1
Aanduiding van explosie-goedge-
keurde roerwerken
13.3.2
Beschermingsklasse
272
Bijlage
de harmonischen wordt bereikt met uitgangsfilters. De frequentie-omvormer en het
filter moeten op elkaar zijn afgestemd.
De dimensionering van de frequentie-omvormer geschiedt volgens de nominale stroom
van de motor. U dient erop te letten dat het roerwerk, met name in het onderste toe-
rentalbereik, stoot- en trillingsvrij werkt. De mechanische afdichtingen kunnen anders
lek raken en worden beschadigd. Het is van groot belang dat het roerwerk in het gehele
regelgebied zonder trillingen, resonanties, pendelmomenten en overmatig lawaai werkt.
Vanwege de stroomvoorziening met veel harmonischen is een verhoogd motorgeluid
normaal.
Bij de parametrering van de frequentie-omvormer dient u op de instelling van de kwa-
dratische karakteristiek (U/f-karakteristiek) voor dompelmotoren en ventilatoren te
letten! De U/f-karakteristiek zorgt ervoor dat de uitgangsspanning bij frequenties lager
dan de nominale frequentie (50 Hz of 60 Hz) aan het gevraagde vermogen van het roer-
werk wordt aangepast. Nieuwere frequentie-omvormers bieden ook een automatische
energie-optimalisatie; met deze automatische prestatie wordt hetzelfde effect bereikt.
Voor de instelling van de frequentie-omvormer dient u de inbouw- en bedieningsvoor-
schriften van de frequentie-omvormer in acht te nemen.
Bij motoren die met frequentie-omvormer worden gevoed, kunnen afhankelijk van het
type en de installatieomstandigheden storingen van de bewaking van de motor optre-
den. De volgende maatregelen kunnen tot het terugbrengen of voorkomen van deze
storingen bijdragen:
▪ Grenswaarden van overspanningen en stijgingssnelheden conform IEC 60034-25 aan-
houden. Eventueel moet u uitgangsfilters aanbrengen.
▪ Pulsfrequentie van de frequentie-omvormer varieert.
▪ Bij een storing van de interne bewaking van de afdichtingsruimte dient u externe dub-
belstaafelektroden te gebruiken.
De volgende constructiemaatregelen kunnen eveneens tot het terugbrengen of voor-
komen van storingen bijdragen:
▪ Gescheiden spanningskabel voor hoofd- een stuurleiding (afhankelijk van het motor-
formaat).
▪ Houd bij het aanleggen voldoende afstand tussen hoofd- en stuurleiding aan.
▪ Gebruik van afgeschermde spanningskabels.
Samenvatting
▪ Continubedrijf tot nominale frequentie (50 Hz of 60 Hz).
▪ Neem extra maatregelen met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit in
acht (keuze frequentie-omvormer, filter gebruiken enz.).
▪ Nooit de nominale stroom en het nominaal toerental van de motor overschrijden.
▪ Aansluiting van de temperatuurbewaking van de motor (bimetaal- of PTC-sensor) moet
mogelijk zijn.
Dit hoofdstuk bevat aanvullende informatie voor het bedrijf van het roerwerk in een ex-
plosieve atmosfeer. Het volledige personeel moet dit hoofdstuk lezen. Dit hoofdstuk
geldt alleen voor roerwerken met een Ex-goedkeuring!
Voor het gebruik in een explosieve atmosfeer moet het roerwerk als volgt op het type-
plaatje worden gemarkeerd:
▪ "Ex"-symbool van de desbetreffende goedkeuring
▪ Explosie-classificatie
▪ Certificeringsnummer (afhankelijk van de goedkeuring)
Het certificeringsnummer is, voor zover dit bij de goedkeuring vereist is, op het type-
plaatje geprint.
De constructieve uitvoering van de motor komt overeen met de volgende bescher-
mingsklassen:
▪ Drukvaste kapseling (ATEX)
▪ Explosionproof (FM)
▪ Flameproof enclosures (CSA-EX)
De motor moet minimaal uitgerust zijn met een temperatuurbegrenzer (temperatuur-
bewaking 1 circuit) om de oppervlaktetemperatuur te beperken. Een temperatuurrege-
ling (temperatuurbewaking 2 circuits) is mogelijk.
WILO SE 2019-01

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido