Scheppach rab t16x Traducción De La Instrucción De Original página 15

Máquina de taladrar de brazo radial
Tabla de contenido

Publicidad

AIgemene veiligheidsvoorschriften
Vóór het werken met de boormachine
Veiligheid is een combinatie van gezond verstand, voortdurende waakzaamheid en
een goede kennis in de omgang met de machine.
Waarschuwing:
Steek de stekker pas in het stopcontact, als u de volgende aanwijzingen gelezen en
begrepen hebt, om fouten te vermijden die tot letsei kunnen leiden.
1. Lees de geheie gebruiksaanwijzing en maak u ermee vertrouwd. Leer hoe u
met de gereedschappen moet omgaan en wat de beperkingen en de
mogelijke gevaren zijn.
2. Overtuig uzelf ervan, dat alle veiligheidsvoorzieningen in de werkstand staan en
zich in goede staat bevinden.
3. Verwijder afstelgereedschap en moersleutels. Wen uzelf eraan, om vóór het
inschakelen te controleren, of afstelen moersleutels uit de gereedschappen
zijn verwijderd.
4. Houd het werkvlak schoon. Onopgeruimde werkvlakken veroorzaken
ongevallen.
5. Gebruik de machine niet in een gevaarlijke omgeving. Gebruik elektrische
apparaten niet op vochtige of natte plaatsen en
scherm ze tegen regen. Zorg voor een goede verlichting bij het .verken.
6. Houd kinderen op afstand. Personen die niet aan de machine werken, moeten
een veiligheidsafstand van het werkgebied in acht nemen.
7. Zorg er met behulp van hangsloten voor, dat zich geen kinderen in de
werkplaats kunnen begeven.
8. Ga niet met brute kracht te werk bij de machine. De machine functioneert beter
en veiliger bij de snelheid waarvoor zij is ontworpen.
9. Gebruik passend gereedschap. Probeer niet met geweid, de machine voor
werkzaamheden te gebruiken, waarvoor zij niet is bedoeld.
10. Gebruik een voorgeschreven verlengkabel. Overtuig u van de goede staat. De
verlengkabel moet sterk genoeg zijn om de voor de bewerking van uw
werkstuk benodigde stroom op te nemen. Een te zwakke kabellaat de spanning
in de leiding wegvallen, wat tot vermogensverlies en oververhitting leidt.
11. Werk met de juiste uitrusting. Draag geen losse kleding, handschoenen,
stropdassen, ringen, armbanden of andere sieraden die in bewegende delen
terecht kunnen komen. Draag niet-slippende schoenen. Bescherm lang haar
door middel van een haarnetje.
12. Draag een veiligheidsbril.
ogen zijn uw kostbaarste bezit.
Draag altijd een ooghescherming. Elke boormachine kan vreemde voorwerpen
in de ogen slingeren, die onherstelbare schade kunnen toebrengen. Draag
altijd een veiligheidsbril die voldoet aan de veiligheidsvoorschriften (geen
normale bril). Normale brillenglazen bieden geen bescherming tegen
weggeslingerde vreemde voor- werpen. Zij hebben geen veiligheidsglas. Als
deze glazen breken, kan dit ernstig letsei veroorzaken.
13. Draag een gezichts- of stofmasker. Boren veroorzaakt stof.
14. Werk veilig. Maak zoveel mogelijk gebruik van kleminrichtingen of een
bankschroef. Dit is veiliger dan uw handen te gebruiken en zo hebt u beide
handen vrij om de machine te bedienen.
15. Trek de stekker uit het stopcontact bij onderhoudswerkzaamheden
en bij het verwisselen van accessoires zoals snijmes, boor, frees e.d..
16. Verklein het risico van onbedoeld inschakelen. Controleer of de
schakelaar op UIT staat, voordat u de netvoeding aansluit.
17. Gebruik uitsluitend aanbevolen accessoires. Deze accessoires
vindt u in de gebruiksaanwijzing. Niet goed passende accessoires vormen een
groot risico voor persoonlijk letse1.
18. Ga nooit op de machine staan. Dit kan ernstig letsei veroorzaken
als de machine kantelt of als u per ongeluk met het snijgereedschap in contact
komt.
19. Controleer de machine op beschadigde onderdelen,. Voordat u
verder werkt met de machine moet van beschadigde vei1igheids-
voorzieningen en van elk ander beschadigd onderdeel zorgvuldig
gecohtroleerd worden, of zij nog probleemloos functioneren en
hun specifieke taken nog kunnen vervullen. Controleer de uitlijning en de juiste
rangschikking van alle bewegende delen, de verbinding van bewegende delen,
breuken, montage en alle andere omstandigheden die invloed kunnen hebben
op de het functioneren van de machine. Een beschadigde
veiligheidsvoorziening of een beschadigdonderdeel moet op deskundige wijze
gerepareerd of vervangen worden.
20. Verlaat nooit een lopende machine. Schakel eerst de stroomtoevoer uit. Verlaat
de machine pas, als het gereedschap helemaal stilstaat.
21. Bujg niet te ver naar voren of naar de zijkant. Sta altijd stevig op
uw voeten en bewaar uw evenwicht.
22. Pleeg zorgvuldig onderhoud aan de machine. Voor een goede en veilige
werking moeten de gereedschappen scherp en schoon zijn. Neern de
aanwijzingen voor het slijpen en vervangen van gereedschappen in acht.
23. Gebruik geen elektrische machines in de buurt van brandbare vloeistoffen of
gassen.
24. Werk niet aan de machine als u onder invloed bent van drugs, alcohol of
medicijnen die uw reactievermogen kunnen beperken.
25. Stof van bepaalde materiaalsoorten kan een gevaar opleveren voor
uw gezondheid. De ruimte waarin met de boormachine wordt
gewerkt, moet daarom goed geventileerd zijn. Zorg voor een effectieve
afzuiging. Gebruik zoveel mogelijk een afzuiginst allatie.
Extra veiligheidsvoorschriften voor
radiaalboormachines
Sluit uw boormachine niet op het net aan, voordat deze volgens de voorschriften
compleet gemonteerd en gejnstalleerd is en voordat u de gebruiksaanwijzing
bestudeerd en begrepen hebt. Het gaat om uw eigen vetlighetd.
1. Uw boormachine moet stevig op een werkbank worden geschroefd. Indien de
boormachine bij bepaalde werkzaamheden wil verschuiven, moet de
werkbank in de vloer worden verankerd.
2. Deze boormachine mag uitsluitend in droge omstandigheden en binnen
worden gebruikt.
3. Bescherm uw ogen. Draag een gezichts- of stofmasker in combinatie met een
veiligheidsbril, als bij het boren veel stof vrijkomt. Draag gehoorbeschermers,
met name bij langdurig werken.
4. Draag geen handschoenen, stropdassen of losse kleding.
5. Boor geen werkstukken die te klein zijn om op een veilige manier vast te
houden.
6. Houd uw handen altijd uit de buurt van de boor. Vermijd onbeholpen standen
van de handen, waarbij de hand in de boor kan worden getrokken als de hand
plotseling wegglijdt.
7. Gebruik geen boren die langer zijn dan 175 mm of meer dan 150 mm uit de
boorhouder steken. Zij kunnen plotseling naar buiten buigen of breken.
8. Gebruik geen draadschijven, bovenfrezen, cirkelfrezen of eindfre- zers op de
boormachine.
9. Grote werkstukken moeten tijdens het boren op een stabiele en veilige steun op
tafelhoogte rusten.
10. Werk niet zonder steun. Houd het werkstuk altijd vast tegen de rafel, om te
voorkomen dat het kan kantelen of draaien. Maak bij instabiele werkstukken
gebruik van kleminrichtingen of een bankschroef.
11. Overtuig uzelf ervan, dat zich geen spijkers of vreemde voorwerpen in het te
boren gedeelte van het werkstuk bevinden.
12. Span of bevestig het werkstuk tegen de linkerzijde van de kolom vast, om
rotatie te vermijden. Klem het werkstuk, als dit te kort is of als de tafel
gekanteld is, onwrikbaar op de tafel vast en gebruik de bijgeleverde aanslag.
13. Als het werkstuk zo ver over de tafel uitsteekt, dat het bij het loslaten naar
beneden valt of kantelt, moet het op de tafel worden vastgeklemd of op een
extra support worden gelegd.
Bewaar deze aanwijzingen !
15
Waarschuwing:

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Rab s16x8800 19088800 19098800 1917

Tabla de contenido