Cub Cadet 17AIEACI603 Instrucciones De Funcionamiento Originales página 70

Ocultar thumbs Ver también para 17AIEACI603:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 106
NL
¾ Controleer (op het oog), of de snijmessen en
hun bevestigingsmiddelen stomp, beschadigd
of vervormd zijn.
¾ Vergewis u er voor het maaien van, dat er
geen takken, stenen, draden enz. op het gras
liggen en houd tijdens het maaien steeds
rekening met dergelijke obstakels. Objecten
kunnen gegrepen en weggeslingerd worden.
¾ Koppel de aanhanger of aanbouwapparaten
volgens de voorschriften aan.
Aanbouwapparaten, aanhangers,
ballastgewichten en gevulde grasopvangers
beïnvloeden het rijgedrag, met name de
wendbaarheid, het remvermogen en neiging tot
kantelen.
Tijdens het gebruik
¾ Maai geen grasoppervlakken met een
halmhoogte van meer dan 25 cm.
¾ Rij voorzichtig. Verminder de snelheid, voordat
u een bocht neemt.
¾ Werk met het apparaat niet in een
explosiegevaarlijke omgeving, waarin zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen
bevinden. Het apparaat kan vonken afgeven, die
het stof of de dampen kunnen doen ontsteken.
Vermijd open vuur, vonkvorming en rook niet.
¾ Wees bijzonder voorzichtig, wanneer u
achteruit maait of rijdt. Rij daarbij langzaam en
kijk naar achteren naar de grond, om ongevallen
te voorkomen.
¾ Verstel de maaihoogte alleen bij
uitgeschakelde motor en stilstaand snijwerk.
¾ Open de uitwerpklep nooit wanneer de motor
nog draait.
¾ Rij nooit met draaiend snijwerk over grind
of voetpaden. Er bestaat dan gevaar voor
steenslag!
¾ Maai niet over hoog gegroeid, droog gras
(bijv. weidegras) of zeer droge stapels
bladeren. Parkeer het apparaat niet op droog
gras of droge bladeren. Er bestaat dan gevaar
voor brand door contact met de hete uitlaat en
wanneer er zich gedroogd gras of blad op het
hete maaiwerk verzamelt.
¾ Let bij het werken langs straten of bij het
oversteken van een straat op het verkeer.
Het apparaat is niet bestemd voor gebruik langs
openbare wegen.
¾ Wees bijzonder voorzichtig bij het openen
en sluiten van de grasopvanger - er bestaat
gevaar voor beknelling.
¾ Ga nooit voor de openingen, waar het gras wordt
uitgeworpen, staan.
70
Veiligheidsaanwijzingen
¾ Maak de grasopvanger nooit leeg terwijl de
messen draaien. Bij het legen van de grasopvanger
kunnen u of anderen door weggeslingerd maaigoed
of voorwerpen gewond raken.
¾ Houd bij het maaien in de buurt van bijv. steile
hellingen, sloten of onder bomen, langs struiken
en heggen, voldoende afstand.
¾ Als een vreemd voorwerp, bijv. een steen) door
het snijwerk wordt geraakt of wanneer het
apparaat abnormaal begint te trillen, moet u de
motor direct uitzetten. Controleer het apparaat
op beschadiging voordat u er verder mee werkt.
Breng het indien nodig naar een gespecialiseerde
werkplaats.
¾ Gebruik het apparaat niet zonder gemonteerd
maaiwerk. De daardoor veranderde
gewichtsverdeling kan tot omvallen van de machine
leiden.
¾ Zet de motor uit en trek de contactsleutel eruit,
voordat u blokkades oplost of verstoppingen in
het uitwerpkanaal verhelpt.
¾ Wees bijzonder voorzichtig bij het achteruitrijden
met ingeschakeld snijwerk. Alleen wanneer het
absoluut noodzakelijk is, met ingeschakeld snijwerk
achteruitrijden.
Maaien op hellingen
¾ Maai of rij niet op hellingen, die een
hellingshoek van meer dan 15°/26 % hebben.
¾ Rij altijd dwars op de helling en niet op en
neer. Keer niet op een talud. Het werken op
taluds is gevaarlijk. Het apparaat kan kantelen
of wegglijden. Indien beslist nodig, dan slechts
langzaam en voorzichtig naar beneden op de
helling keren.
¾ Probeer nooit, de machine te stabiliseren,
door uw voet op de grond te zetten.
¾ Rij op taluds altijd zo zacht mogelijk en rem
voorzichtig. Wanneer u omlaag rijdt, laat u de
motor aangekoppeld en rijdt u langzaam. Wees
uiterst voorzichtig bij het veranderen van richting.
¾ Gebruik op taluds met een hellingshoek van
meer dan 9 % geen zware aanbouwapparaten
zoals bijv. transportaanhangers,
grasopvangers of graswalsen.
¾ Bij gebruik van aanhanger of overige
onderdelen die aan de aanhangkoppeling
bevestigd worden, mogen de volgende
maximumwaarden niet overschreden worden.
- Max. helling 9%
- Max. steunlast aan aanhangerkoppeling 22 kg
- Max. aanhanglast (aanhanger en lading) 113 kg
Veiligheidsaanwijzingen

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido