Aesculap
Opzetstukken voor kleine boormachine GA344 en boormachine GA844
Röntgendoorlaatbare haakse overbrenging met het booropzetstuk
GB878R koppelen:
►
Steek de röntgendoorlaatbare haakse overbrenging tot en met de aan-
slag op de houder 17 van het booropzetstuk.
►
Beweeg de röntgendoorlaatbare haakse overbrenging eventueel licht
heen en weer.
Röntgendoorlaatbare haakse overbrenging van booropzetstuk GB878R
ontkoppelen:
►
Trek de röntgendoorlaatbare haakse overbrenging krachtig los van het
booropzetstuk.
Gereedschap aan/van röntgendoorlaatbare haakse overbrenging koppe-
len/ontkoppelen:
►
Neem de gebruiksaanwijzing van de röntgendoorlaatbare haakse over-
brenging 511.300 van de firma Synthes in acht.
Opzetstuk sagittale zaag GB891R
Aankoppelen:
►
Voer zaagblad 21 met de markering "L" naar boven in de sleuf van de
gereedschapshouder 19 in, zie Afb. A. Zorg er daarbij voor dat de zij-
delingse aanslagen van het zaagblad aansluiten op de gereedschaps-
houder.
Het instrument klikt vast.
►
Trek aan het zaagblad 21, om de vaste aankoppeling te controleren.
Loskoppelen:
Opmerking
Om het loskoppelen van het gereedschap te vergemakkelijken, zet u de
gereedschapshouder in de 45°-stand (zie Afb. B) of 90°-stand (zie Afb. C),
zie Afstellen van de gereedschapshouder.
►
Druk de goudkleurige dwarsverbinding 22 op het zaagblad 21 voor de
gereedschapsontgrendeling lichtjes naar beneden en houdt deze inge-
drukt.
►
Trek het zaagblad 21 uit de gereedschapshouder 19.
Gereedschapshouder verstellen:
►
Duw de knop voor het verstellen van de gereedschapshouder 20 in en
houd hem ingedrukt.
►
Draai de gereedschapshouder 19 in de gewenste stand (-90°/ -45° / 0°
/ 45° / 90°), zie Afb. B en Afb. C.
►
Knop voor het verstellen van de gereedschapshouder 20 loslaten en
gereedschapshouder 19 door vastklikken vergrendelen. Beweeg de
instrumenthouder eventueel licht heen en weer.
Opzetstuk decoupeerzaag GB892R
116
Acculan 4 / ELAN 4 electro
®
Aankoppelen:
►
Decoupeerzaagblad 26 met aansluitzijde in het boorgat van de
gereedschapshouder 25 steken, zie Afb. D.
Het decoupeerzaagblad klikt vast.
►
Trek aan het decoupeerzaagblad 26, om de vaste aankoppeling te tes-
ten.
Loskoppelen:
►
Druk de goudkleurige bladveer op het decoupeerzaagblad voor de
gereedschapsontgrendeling 27 lichtjes naar beneden en houd deze
ingedrukt.
►
Trek het decoupeerzaagblad 26 uit de gereedschapshouder 25.
6.2
Functionele test
Vóór elk gebruik en na elke intraoperatieve wisseling van opzetstuk en
gereedschap moet de functietest worden uitgevoerd.
►
Test de veilige koppeling van het opzetstuk: trek aan het opzetstuk.
►
Test de veilige koppeling van het gereedschap: trek aan het gereed-
schap.
►
Bij GB891R: veilige vergrendeling van de gereedschapshouder testen.
Hiervoor gereedschapshouder draaien.
►
Zorg ervoor dat de zaagsneden van de gereedschappen niet mecha-
nisch beschadigd zijn.
►
Boormachine voor werking vrijschakelen (stand ON).
►
Gebruik de boormachine kort met maximaal toerental zowel rechts- als
linksdraaiend.
►
Controleer of de draairichting klopt.
►
Let op beschadigingen, onregelmatige loopgeluiden, overmatige trillin-
gen en oververhitting van het product.
►
Gebruik geen beschadigde of defecte producten.
►
Verwijder beschadigde producten onmiddellijk.
6.3
Bediening
Coagulatie van patiëntenweefsel of verbrandings-
gevaar voor patiënten en gebruikers door heet pro-
duct!
WAARSCHUWING
►
Gebruik geen booropzetstukken om freesge-
reedschappen te bedienen.
►
Gebruik geen opzetstukken voor medullaire hol-
tes om acetabulair te frezen.
►
Koel het instrument tijdens het gebruik.
►
Leg het product/gereedschap buiten de reik-
wijdte van de patiënt neer.
►
Laat het product/gereedschap afkoelen.
►
Gebruik bij de vervanging van het werktuig een
doek om brandwonden te voorkomen.