6.1 Gebruik van de vacuümpomp
De vacuümpomp wordt tijdens het lopen met het prothesekniescharnier mechanisch bediend. Bij
het buigen wordt er onderdruk in de prothesekoker gegenereerd en bij het strekken wordt het
getransporteerde medium door het uitlaatventiel naar buiten geleid. Na een aantal pompcycli
wordt er in het afgedichte kokergedeelte een verhoogde onderdruk bereikt. Door buigen en strek
ken van het prothesekniescharnier in stand kan er al vóór het lopen onderdruk worden gegene
reerd.
6.2 Vacuümpomp spoelen
VOORZICHTIG
Slechte reiniging
Huidirritaties, ontstaan van eczeem of infecties door contaminatie met ziektekiemen
Reinig het product regelmatig.
►
Verminderde onderdruk is een teken dat er vuil in het systeem zit. In dit geval moet het systeem
worden gereinigd door middel van spoelen. Hierbij worden zowel de vacuümpomp als de ventie
len gespoeld. Spoelen kan ook helpen bij verstopping van het systeem.
>
Benodigd materiaal:
bakje met 30 ml tot 60 ml gedestilleerd water, opvangbakje
Noodzakelijke voorbereidingen:
prothese wordt niet gedragen
1) Doe het gedestilleerde water in de prothesekoker.
2) Plaats het opvangbakje onder de afvoerslang.
3) Buig en strek het prothesekniescharnier om het water door het systeem te pompen.
4) Ga hiermee door tot al het water uit het systeem is gepompt.
5) Reinig de binnenkant van de koker.
7 Reiniging
VOORZICHTIG
Gebruik van de verkeerde reinigingsmiddelen of ontsmettingsmiddelen
Functiebeperkingen en schade door verkeerde reinigingsmiddelen of ontsmettingsmiddelen
Reinig het product uitsluitend met de toegestane reinigingsmiddelen.
►
Ontsmet het product uitsluitend met de toegestane ontsmettingsmiddelen.
►
Neem de reinigings- en onderhoudsinstructies in acht.
►
1) Reinig het product met een vochtige, zachte doek.
2) Droog het product af met een zachte doek.
3) Laat het achtergebleven vocht aan de lucht opdrogen.
8 Onderhoud
► Voer na de eerste 30 dagen dat de prothesecomponenten zijn gebruikt, een visuele controle
en een functiecontrole uit.
► Controleer de complete prothese bij de normale consultatie op slijtage.
► Voer eens per jaar een veiligheidscontrole uit.
8.1 Controle bij lekkage
Verwijder de slang tussen de vacuümaansluiting van de prothesekoker en de zuigaansluiting van het prothese
kniescharnier. Sluit de manometer met behulp van het T-stuk aan op de vacuümaansluiting en de zuigaanslui
ting. Dicht de gehele vacuümaansluiting aan de binnenkant van de koker af met een stuk papier en luchtdichte
tape (bijv. Coroplast). Buig en strek het prothesekniescharnier tot er een constante onderdruk van min.
300 mbar is bereikt. Controleer of het vacuüm in stand blijft.
78