5.2.2
Meetomvormer
De buitenste afscherming van de kabel wordt met de bevestigingsklem (3) (uit de
onderdelenzak in de aansluitruimte) op de verzamelrail gelegd.
De
meetsignaaloverdracht.
De kabel wordt overeenkomstige het aansluitschema aan de meetwaardeopnemer en aan de
meetomvormer aangesloten.
Afb. 32
1 Klemmenafdekking
2 Verzamelrail (SE)
Belangrijk (aanwijzing)
De voeding van de optionele voorversterker gebeurt via de klemmen 1S en 2S.
De meetomvormer herkent de in de meetwaardeopnemer aanwezige voorversterker
automatisch en schakelt de benodigde voedingsspanning op de klemmen 1S en 2S.
CI/FEX300/FEX500-X1
afschermingen
van
de
signaaladers
dienen
3 Bevestigingsklem
4 Signaal- en magneetspoelkabel
FEX300, FEX500
Elektrische aansluiting
als
"Driven
Shield"
voor
de
NL - 31