Integra Omni-Tract Instrucciones De Uso página 29

Voorvacuüm:
4 minuten bij een minimumtemperatuur van 132 °C (270 °F) met 30 minuten droogtijd* [1,84 atm. boven de omgevingsluchtdruk]
*30 minuten is gebaseerd op de droogtijd van de AAMI/AORN-norm voor voorvacuümcycli
Een uitgebreide stoomsterilisatiecyclus is toegestaan met hogere temperatuur dan wel langere tijd, waarbij de droogtijd minimaal de
vermelde tijd moet bedragen.
VK: 3 minuten bij een minimumtemperatuur van 134 °C (273 °F) met een droogtijd van 30 minuten [2,11 atm. boven de
omgevingsluchtdruk]
Frankrijk: 18 minuten bij een minimumtemperatuur van 134 °C (273 °F) met een droogtijd van 30 minuten [2,11 atm. boven de
omgevingsluchtdruk]
Zwaartekracht:
30 minuten bij een minimumtemperatuur van 121 °C (250 °F) met een droogtijd van 20 minuten [1,02 atm. boven de omgevingsluchtdruk]
Onderhoudsprocecedures
Door onjuist, niet-effectief en onvoldoende onderhoud kan de levensduur van een instrument worden verkort en komt de garantie op
het instrument te vervallen.
Bescherm instrumenten: het gebruik van gedeïoniseerd/gedemineraliseerd water, zorgvuldig voorafgaande reiniging, gebruik van
oplossingen met geneutraliseerde pH, naleving van de instructies van de fabrikant betreffende verdunning en gebruik en visuele
controle dragen ertoe bij dat instrumenten correct blijven werken en vrij blijven van verkleuring en roest.
Bepaalde stoffen hebben een sterk corrosieve uitwerking op roestvast staal en veroorzaken ernstige schade. Instrumenten mogen nooit
worden blootgesteld aan:
• koningswater
• jood
• ijzerchloride
De volgende stoffen moeten voor zover mogelijk worden vermeden; spoel instrumenten die per ongeluk worden blootgesteld aan een
van de volgende stoffen af met een grote hoeveelheid water:
• aluminiumchloride
• natriumhypochloriet
• tinchloride
• jodium
Elke soort corrosie leidt bij staal tot roest. Roestdeeltjes kunnen van het ene op het andere instrument worden overgebracht; stel
gecorrodeerde instrumenten daarom buiten gebruik om roestvorming op andere instrumenten te voorkomen.
Diagnose van vlekken en verkleuring Instrumenten ontwikkelen vaak vlekken of verkleuring. Door naleving van de juiste techniek bij
reinigings- en sterilisatieprocedures kan verkleuring meestal worden voorkomen. Hieronder staan een aantal aan de instrumenten
gerelateerde problemen vermeld die ziekenhuismedewerkers kunnen tegenkomen.
• Bruine verkleuring: door detergentia die polyfosfaten bevatten kunnen koperelementen in het sterilisatieapparaat worden opgelost,
met bruine verkleuring tot gevolg. Een dofblauwe of -bruine verkleuring is het gevolg van oxidatie op het oppervlak.
• Zwarte verkleuring: zwarte verkleuring kan het gevolg zijn van aanraking met ammoniak of zure detergens die niet is verwijderd vóór
de sterilisatie.
• Lichte of donkere vlekjes: vlekjes zijn vaak het gevolg van minerale bestanddelen in het voor spoelen gebruikte water, het gebruik van
een niet-neutraal instrumentdetergens of een vervuilde kamer van het sterilisatieapparaat.
• Roestafzettingen: roestvorming op staal van chirurgische kwaliteit is zeer onwaarschijnlijk. Roestkleurige vlekjes doen zich gewoonlijk
voor op locaties waar het water een hoog ijzergehalte heeft.
• zwavelzuur
• zoutzuur
• zoutoplossing
• kwik(II)chloride
• kaliumthiocyanaat
• kwikchloride
• fenol
• kaliumpermanganaat
• natriumhypochloriet
• tinctuur
• bariumchloride
• calciumhypochloriet
• calciumchloride