Descargar Imprimir esta página

STAMOS TRON 200 RV Manual De Instrucciones página 647

Soldadora multifuncional

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 369
Mogelijke oorzaken
Draadaanvoersnelheid te hoog.
Spanning te hoog.
Elektrodeverlenging (uitsteeksel) te
lang.
Werkstuk vuil.
Onvoldoende beschermgas bij de
lasboog.
Vuile lasdraad
7.2.
Porositeit
Porositeit - kleine holtes of gaten als gevolg van gasbellen in lasmetaal.
Mogelijke oorzaken
Onvoldoende
beschermgasdekking
Verkeerd gas.
Vuile lasdraad.
Werkstuk vuil.
Lasdraad steekt te ver uit het
mondstuk.
7.3.
Onvolledige fusie
Mogelijke oorzaken
Werkstuk vuil.
Onvoldoende warmte-inbreng.
Onjuiste lastechniek.
NL
Selecteer een lagere draadaanvoersnelheid.
Selecteer een lager spanningsbereik.
Gebruik een kortere elektrodeverlenging (stickout).
Verwijder vóór het lassen alle vet, olie, vocht, roest, verf,
grondverf en vuil van het werkoppervlak.
Verhoog de stroom beschermgas bij de regelaar/debietmeter
en/of voorkom tocht in de buurt van de lasboog.
Gebruik schone, droge lasdraad.
Voorkom dat er olie of smeermiddel op de lasdraad uit de
aanvoer of voering terechtkomt.
Controleer de juiste gasstroomsnelheid.
Verwijder spatten uit de spuitmond van het pistool.
Controleer de gasslangen op lekkage.
Elimineer tocht in de buurt van de lasboog.
Plaats het mondstuk op 1/4 tot 1/2 inch (6-13 mm) van het
werkstuk.
Houd het pistool bij de lasrups aan het uiteinde van de las totdat het
gesmolten metaal stolt.
Gebruik beschermgas van laskwaliteit; overstappen op ander gas.
Gebruik schone, droge lasdraad.
Voorkom het ophopen van olie of smeermiddel op de lasdraad uit
de aanvoer of voering.
Verwijder vóór het lassen alle vet, olie, vocht, roest, verf, coatings
en vuil van het werkoppervlak.
Gebruik een sterker deoxiderende lasdraad (neem contact op met
de leverancier).
Zorg ervoor dat de lasdraad niet meer dan 13 mm (1/2 inch) voorbij
het mondstuk uitsteekt.
Onvolledige fusie - het onvermogen van lasmetaal om volledig te
versmelten met basismetaal of een voorafgaande lasrups.
Verwijder vóór het lassen alle vet, olie, vocht, roest, verf,
coatings en vuil van het werkoppervlak.
Selecteer een hoger spanningsbereik en/of pas de
draadaanvoersnelheid aan.
Plaats de draagrups op de juiste locatie(s) bij de verbinding
tijdens het lassen.
Pas de werkhoek aan of verbreed de groef om toegang te
krijgen tot de onderkant tijdens het lassen.
Houd de boog kortstondig vast op de zijwanden van de
Corrigerende acties
Corrigerende acties
Corrigerende acties

Publicidad

loading