6) Bij de definitieve montage:
Draai de stelbouten verder aan met de momentsleutel (15 Nm).
Artikelnummer
506G3=M8X12-V
506G3=M8X14
506G3=M8X16
5.3.4 Kokerflexie bepalen
>
Benodigd(e) meetapparatuur en materiaal:
Goniometer 662M4, markeerstift
1) Geef op de laterale kant van de stomp het verloop van het dijbeen aan.
2) Laat de patiënt in liggende houding het contralaterale been volledig buigen en met de handen
vasthouden.
3) Schuif uw vlakke hand
4) Breng de stomp in volledige flexie.
5) Beweeg de stomp langzaam in extensierichting tot de druk op de hand minder wordt.
6) Beweeg de stomp weer langzaam in flexierichting tot de druk weer even hoog is als daarvoor.
7) Meet met behulp van de goniometer, met de stomp in deze positie, de hoekα (heupbuigings
contractie).
8) INFORMATIE: Om optimaal te kunnen lopen is de juiste kokerflexie doorslaggevend
(β) voor de basisopbouw. Houd bij de tolerantie rekening met de persoonlijke situatie
van de patiënt.
Wanneer de hoek α = 0°, dan is de optimale waarde van de hoek β = 3 tot 5° ten opzichte
van de opbouwlijn.
Wanneer de hoek α > 0°, is de optimale waarde van de hoek β = α+5 tot 10°.
5.3.5 Kokerreferentiepunt berekenen
>
Benodigd(e) meetapparatuur en materiaal:
mal 50:50 743A80, markeerstift
1) Leg de mal 50:50 aan het distale uiteinde op de laterale kant van de prothesekoker en mar
keer het midden
2) Leg de mal 50:50 aan het proximale uiteinde en markeer het midden
3) Teken met behulp van deze punten de middellijn van de prothesekoker af.
4) Markeer op de middellijn duidelijk de tuberhoogte als referentiepunt voor de tuber
5) Markeer duidelijk het referentiepunt voor de koker
voor de tuber.
5.4 Statische opbouw
+ = verplaatsing naar voren / – = verplaatsing naar achteren (ten opzichte van de belastingslijn)
Pos.
zie afb. 6
Benodigde apparatuur:
L.A.S.A.R. Posture 743L100, 3D L.A.S.A.R. Posture 743L500
Positioneer de patiënt als volgt op de L.A.S.A.R. Posture om de belastingslijn
prothesevoet (met schoen) op de krachtmeetplaat (voldoende belasten: > 35 % van het
•
lichaamsgewicht);
•
andere voet (met schoen) op de hoogtecompensatieplaat;
•
neuzen van de schoenen op één lijn;
Keuzetabel voor stelbouten
onder de rug van de patiënt (zie afb. 3).
(zie afb. 5).
Schematisch overzicht van de statische opbouw
Lengte (mm)
12
14
16
30 mm proximaal van het referentiepunt
.
.
te bepalen:
91