De volgende parameters kunnen worden gewijzigd:
Parameter
Weerstand
Hoek
Stafunctie
Zitfunctie
Trapfunctie
Toonhoogte
Volume
8.2.3 Overzicht van de instelparameters in de MyModes
VOORZICHTIG
Verkeerd gebruik van de instelparameters in de MyModes
Vallen door onverwacht gedrag van het product als gevolg van verandering van het dempings
gedrag.
Laat u door uw orthopedisch instrumentmaker en/of therapeut uitleggen hoe alle parame
►
ters van de MyModes werken en welke instelmogelijkheden ze hebben.
INFORMATIE
Bij een geactiveerde Mute-modus (stille modus) klinken er geen piepsignalen en worden er
geen trilsignalen afgegeven.
Bereik instel
Instelgebied
software
app
120 – 180
+/- 10
55° – 70°
+/- 3°
gedeactiveerd
0 - gedeacti
geactiveerd
veerd
1 - geactiveerd
gedeactiveerd
0 - gedeacti
geactiveerd
veerd
1 - geactiveerd
gedeactiveerd
0 - gedeacti
geactiveerd
veerd
1 - geactiveerd
1000 Hz –
1000 Hz –
4000 Hz
4000 Hz
0 – 4
0 – 4
Betekenis
Weerstand tegen de buigbeweging,
bijv. bij het aflopen van een trap of het
gaan zitten
Maximale buigingshoek tijdens de
zwaaifase
Stafunctie activeren/deactiveren. Voor
het omschakelen met de Cockpit App
moet deze functie in de instelsoftware
geactiveerd zijn. Nadere informatie:
zie pagina 357.
Zitfunctie activeren/deactiveren. Voor
het omschakelen met de Cockpit App
moet deze functie in de instelsoftware
geactiveerd zijn. Nadere informatie:
zie pagina 359.
Trap- en hindernisfunctie active
ren/deactiveren. Voor het omschake
len met de Cockpit App moet deze
functie in de instelsoftware geacti
veerd zijn. Nadere informatie: zie
pagina 359.
Toonhoogte van het piepsignaal bij
bevestigingstonen
Volume van het piepsignaal bij beves
tigingstonen (bijv. bij het opvragen
van de laadtoestand en bij MyMode
omschakeling). Bij de instelling "0"
worden de akoestische terugmeldsig
nalen gedeactiveerd. Waarschu
wingssignalen bij storingen worden
wel gegeven.
363