Descargar Imprimir esta página

Cub Cadet K21 Manual De Instrucciones página 75

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 107
Bedieningselementen
Bedieningselementen
Overzicht A
A Pedaal achteruitrijden
B Gaspedaal voor vooruitrijden
C Hendel voor de stuurkolomverstelling
D Transmissie-ontgrendelingshendel
E Hendel voor parkeerrem (parkeerrem)
F Choke *
G Contactslot
H PTO-schakelaar
I Combi-indicatie *
J Gashendel/choke *
K Bekerhouder/opbergvak
L Bestuurdersstoel
M Brandstoftank
N Hoogte-instelknop voor snijmechanismehefmechanisme
O Pedaal voor snijmechanismehefmechanisme
P Koplamp *
Q Uitwerpklep
(* afhankelijk van model)
Ingebruikneming
Vóór elk gebruik
Het volgende controleren:
• alle beschermingsvoorzieningen / veiligheidsinrichtingen
• het oliepeil van de motor (zie motorhandboek)
• de inhoud van de tank
• de bandendruk
• beplating aan de zijkant, opbouwapparaten,
omgeving bij luchtfilter op vuil en maairesten
Tanken en oliepeil controleren
Aanwijzing
De motor is in de fabriek reeds met olie gevuld
– s.v.p. controleren, indien nodig bijvullen.
Tank loodvrije benzine.
Î
Vul de brandstoftank hoogstens tot 2 cm onder de
Î
onderrand van de vulopening.
Sluit de brandstoftank vast af.
Î
Controleer het oliepeil. Het oliepeil moet tussen de
Î
markeringen „Full/Max." en „Add/Min." liggen (zie
ook motorhandboek).
Bandenspanning controleren
Aanwijzing
Om productieredenen kan de bandenspan-
ning hoger zijn dan noodzakelijk.
Controleer de bandendruk aan alle wielen en corri-
Î
geer deze indien nodig (zie voor de max. banden-
spanning het opschrift op de banden).Zie voor ver-
dere aanwijzingen ook de paragraaf "Onderhouden".
Geadviseerde bandenspanning:
voor
1,0 bar
achteraan
0,65 bar
Bestuurdersstoel instellen J K
(afhankelijk van uitvoering en model)
Stoel met verstelhendel J
Neem plaats op de bestuurdersstoel.
Î
Druk de verstelhendel naar links en houd deze
Î
vast 1 .
Breng de bestuurdersstoel in de gewenste po-
Î
sitie 2 en laat de verstelhendel los 3 .
Aanwijzing
Bij het loslaten van de verstelhendel opletten
of de stoel goed is vastgeklikt.
Stoel zonder verstelhendel
Stoel naar voren klappen 1 .
Î
Knevelschroeven [1] verwijderen 2 en stoel in de
Î
gewenste positie brengen 3 .
Knevelschroeven weer monteren en vastdraaien 4 .
Î
Stoel naar achteren klappen 5 .
Î
Stuurkolom instellen Bg
Trek de hendel voor de stuurkolomverstelling [A]
Î
naar boven en breng de stuurkolom [B] in de
gewenste positie 12 .
Laat de hendel voor de stuurkolomverstelling [A]
Î
los, om de stuurkolom in de positie te borgen 3 .
Aanwijzing
Let op de correcte vergrendeling van de
stuurkolom.
De stuurkolom moet zo zijn ingesteld, dat
deze niet de benen raakt, wanneer u op de
bestuurdersstoel zit.
Instelling van de snijmechanismewielen I
De wielen van het snijmechanisme moeten in de
laagste stand altijd minstens 6-12 mm boven de
grond staan. De maaiwerkwielen zijn er niet voor
geconstrueerd om de last van het maaiwerk te
dragen. Zij dienen slechts daarvoor, oneffen terrein
te compenseren.
Verzet de wielen van het snijmechanisme altijd
Î
gelijkmatig.
Aanwijzing
Het aantal wielen van het snijmechanisme
varieert afhankelijk van het model.
Gebruik
¾ Volg ook de aanwijzingen in de
gebruikshandleiding van de motor op.
Aanwijzing
Neem de nationale/gemeentelijke voorschriften
met betrekking tot de gebruikstijden in acht (evt.
bij de verantwoordelijke instantie opvragen).
K
Let op!
NL
75

Publicidad

loading