Sensormetingen; Trend; Fingerprint; Controle Van De Aarding - ABB ProcessMaster FEP300 Manual Del Usuario

Ocultar thumbs Ver también para ProcessMaster FEP300:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 219
Verdere diagnosefuncties
8.1.6

Sensormetingen

Deze functie omvat de controle van de sensortemperatuur en de controle van de weerstand van
de spoelen in de meetwaardeopnemer.
8.1.6.1
Controle van de temperatuur in de meetwaardeopnemer (sensortemperatuur)
De temperatuur van de spoelen in de meetwaardeopnemer (sensor) kan met een instelbare
minimale / maximale grenswaarde worden gecontroleerd. Een overschrijding van de ingestelde
grenswaarden triggert, afhankelijk van de configuratie, een alarmering via de programmeerbare
digitale uitgang.
De spoelentemperatuur is afhankelijk van de omgevings- en de mediumtemperatuur. De meting
kan bijv. ter controle van de omgevingstemperatuur door het medium worden toegepast. De
detectie van de spoelentemperatuur vindt indirect plaats via de gelijkstroomweerstand van de
spoelen.
8.1.6.2
Controle van de spoelenweerstand in de meetwaardeopnemer
De spoelen in de meetwaardeopnemer (sensor) kunnen met een instelbare minimale /
maximale grenswaarde voor de spoelenweerstand worden gecontroleerd. Een overschrijding
van de ingestelde grenswaarden triggert, afhankelijk van de configuratie, een alarmering via de
programmeerbare digitale uitgang.
1) Het vermelde nominale diameterbereik geldt alleen voor de ProcessMaster, voor de HygienicMaster geldt een
nominale diameterbereik van DN 10 ... 100 (3/8" ... 4 ").
8.1.7

Trend

In het apparaat zit een geheugen waarin de meetwaarde voor de aanslag op de elektroden en
de geleidbaarheid periodiek met een instelbare tijd (1 min ... 45000 min) als dataset wordt
opgeslagen. Maximaal worden 12 van deze datasets opgeslagen. Vanaf de 13e meting wordt
de oudste dataset automatisch overschreven.
Via de externe diagnosetool (ScanMaster) is het mogelijk de datasets uit te lezen en als trend te
analyseren.
8.1.8

Fingerprint

Via de in de meetomvormer geïntegreerde "Fingerprint"-database is een vergelijking van de
waarden op het tijdstip van kalibratie door de fabriek of ingebruikname met de huidige gemeten
waarden mogelijk.
8.1.9

Controle van de aarding

Deze functie biedt de mogelijkheid de kwaliteit van de elektrische aarding van het apparaat te
testen.
Tijdens het testen kan er geen debietmeting plaatsvinden.
Voorwaarden voor het gebruik van de functie:
De meetbuis moet volledig gevuld zijn.
Er mag geen doorstroming door de meetwaardeopnemer plaatsvinden.
Extra inbouwvoorwaarden:
Er mag geen voorversterker in de meetomvormer zijn ingebouwd.
68 - NL
FEX300, FEX500
CI/FEX300/FEX500-X1

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido