Test Voorbereiden; Reinigingsinstructies Voor Cri/Crin En Cri Piezo - Bosch EPS 118 Manual Original

Equipo de comprobación para inyectores
Ocultar thumbs Ver también para EPS 118:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 124
nl
270 | EPS 118 | Bedrijf
7.3
Noodstopschakelaar
De noodstopschakelaar (afb. 1, pos. 2) alleen in nood-
gevallen gebruiken. Na het bedienen van de noodstop-
schakelaar worden de injectortest en de werking van de
EPS 118 onmiddellijk beëindigd. De EPS 118 software
blijft echter actief. Als de noodstopschakelaar opnieuw
wordt ingeschakeld, wordt de EPS 118-software op-
nieuw gestart en maakt deze opnieuw verbinding met
deEPS 118.
7.4

Test voorbereiden

1. Testoliehoeveelheid voor elke test via de oliepeilindi-
catie controleren (afb. 1, pos. 4).
!
Het testolieniveau moet boven de markering van de
oliepeilindicatie (afb. 1, pos. 4) liggen, maar ook bin-
nen het kijkglas blijven. Wanneer het testolieniveau
niet zichtbaar boven het kijkglas ligt dan is te veel
testolie gevuld wat tot vervalsing van de meetwaar-
den kan leiden.
!
Wanneer de testoliehoeveelheid in de testolietank
tot onder 2 l afneemt, dan stopt EPS 118 de test en
wordt een melding getoond. Daardoor wordt schade
aan EPS 118 vermeden.
2. Om verontreiniging van de testolie te vermijden,
moet iedere CRI/CRIN- en CRI Piezo-injector voor
de test worden gereinigd (zie hoofdstuk 7.7). Nooit
beschadigde, verontreinigde en/of sterk gecorro-
deerde CRI/CRIN- en CRI Piezo-injecoren opspannen
voor de test.
|
1 689 989 220
2016-02-05
7.5
Reinigingsinstructies voor CRI/CRIN
en CRI Piezo
!
Injectorkap niet met een messingborstel, staalbor-
stel of dergelijke reinigen, aangezien dit de spuitga-
ten beschadigt. Spuitgaten niet met het reinigings-
gereedschap voor de injector 0 986 611 140 reini-
gen. Elektrische aansluiting van de injector niet met
koude reiniger reinigen.
1. De toevoeraansluiting, terugloopaansluiting en injec-
torkap van de injector met beschermkappen afslui-
ten resp. afdekken.
2. Grove vervuilingen op de injector met een kunsstof-
borstel verwijderen.
3. De injector met koudreiniger voorreinigen.
!
Voor de ultrasone reiniging het reinigingsmiddel
Tickopur TR 13 gebruiken of een vergelijkbaar cor-
rosie- en carbonisatieoplossend reinigingsmiddel.
4. De beschermkap van de injectorkap verwijderen.
5. De injector met een geschikte steuninrichting zover
in het ultrasone bad onderdompelen tot de injector-
spanmoer compleet met reinigingsmiddel is bedekt.
6. De reinigingstemperatuur instellen op 60 °C tot 70 °C.
7. Na ca. 15 minuten de injector uit het ultrasone bad
halen en met perslucht droogblazen.
i
Na de reiniging de injectoren altijd in een zuivere,
gesloten houder bewaren. Daarmee wordt voorko-
men dat vuildeeltjes (bijv. pluisjes, spaanders) bij de
injectoren kunnen komen.
i
De aanvullende reinigingsaanwijzingen in de
ESI[tronic] 2.0-reparatiehandleiding voor componen-
ten in acht nemen.
Robert Bosch GmbH

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido