Descargar Imprimir esta página

Chattanooga LIGHTFORCE XLi Instrucciones De Uso página 227

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 42
1. Veiligheid
1.1.
Terminologie
In deze handleiding worden diverse waarschuwingen, aandachtspunten, aanbevelingen en opmerkingen op de volgende manier
gepresenteerd:
Waarschuwing: Specifiek of potentieel gevaar. Als de situatie genegeerd of gecompromitteerd wordt, kan dit tot ernstig letsel
leiden.
Let op: Mogelijk probleem met het apparaat dat verband houdt met het gebruik of misbruik ervan. Problemen zijn o.a., maar zijn
niet beperkt tot, storingen of falen van het apparaat, of schade aan het apparaat.
Aanbeveling: Geeft richtlijnen voor de optimale toepassing en gebruik van het apparaat.
N.B.: Beschrijft de voorwaarden of uitzonderingen die van toepassing kunnen zijn op het gepresenteerde onderwerp.
1.2.
Laserveiligheid
Elke faciliteit en gebruiker van het laserapparaat moet voldoen aan alle lokale veiligheidsvereisten voor lasers.
Bij het ontwikkelen van laserveiligheidsprogramma's moeten federale, staats- en lokale voorschriften en nationale en internationale normen
in acht worden genomen.
Elke persoon die het lasersysteem gebruikt, moet de basistraining voor de veiligheid van de laser en de vaardigheidstraining hebben voltooid
voordat het lasersysteem bediend wordt.
Aanbeveling: Wijs op elke faciliteit ten minste één persoon aan die dit lasersysteem gebruikt als de laserveiligheidsfunctionaris, en die
verantwoordelijk is voor het geven van training over alle bedienings- en veiligheidsprocedures en voor het bewaken en toezicht houden
op de beheersing van alle gevaren van de laser.
1.3.
Laser Treatment Controlled Area (LTCA/Laserbehandeling gecontroleerd gebied)
Kies een veilige en goed geventileerde locatie waarin het lasersysteem geïnstalleerd en bediend kan worden. De locatie moet "lichtdicht" zijn
(geen ramen of kijkgaten) en moet één vergrendelbare toegangsdeur hebben. De toegangsdeur moet van binnenuit gesloten en vergrendeld
kunnen worden gedurende de gehele behandeling met het lasersysteem.
Als de deur is een vergrendelingsschakelaar heeft, dan kan de deur aangesloten worden op de externe vergrendeling op het lasersysteem –
zie Hoofdstuk 1.5.3. Wanneer de behandeldeur tijdens een behandeling geopend wordt, stopt de laser de emissie, geeft een foutmelding weer
en keert terug naar de Stand-by-modus.
Als u ervoor kiest uw lasersysteem op te zetten in een ruimte voor meerdere toepassingen, moet een blokkeer barrière, scherm of gordijn, dat
gecertificeerd is voor het blokkeren van de laserstraal, gebruikt worden om een kleiner gebied binnen een grotere ruimte te creëren. De
barrière moet ingesteld worden om een 'lichtdichte' ruimte met één ingang te simuleren, zoals hierboven beschreven.
Waarschuwing: Plaats altijd een laserveiligheidssticker op de buitenkant van de deur van de behandelingsruimte of op een enkel
toegangspunt wanneer de laser in gebruik is.
1.4.
Brand- en explosiegevaren
Waarschuwing: Gebruik dit lasersysteem niet in omgevingen met explosiegevaar, zoals ontvlambare materialen, gassen of stoffen.
Er kan brand ontstaan of een explosie optreden. De laserstraal kan de meeste niet-metalen materialen ontsteken. Er moet een
brandblusser bij de hand zijn.
1.5.
Veiligheidsfuncties
Het lasersysteem heeft meerdere veiligheidsfuncties. Iedereen die dit lasersysteem gebruikt, moeten getraind zijn en op de volgende functies
worden gewezen:
1.5.1.
Noodstopknop
De knop (Afbeelding) bevindt zich aan de voorkant van het lasersysteem en is verlicht wanneer de machine is ingeschakeld.
Druk op de knop om alle elektrische stroom naar de microprocessor van het apparaat uit te schakelen en de laser-uitstralende
onderdelen te stoppen.
1.5.2.
Wachtwoord invoeren
Het lasersysteem is uitgerust met wachtwoordinvoer als het sleutelelement, dat nodig is nadat het apparaat ingeschakeld is,
om ongeoorloofde toegang tot het systeem te voorkomen.
1.5.3.
Externe vergrendelingsstekker
Het lasersysteem is uitgerust met een externe vergrendelingsstekker (Afbeelding) aan de onderkant van het apparaat.
De externe vergrendelingsstekker stopt de laseremissie wanneer de stekker er uitgetrokken wordt of wanneer de
aansluitklemmen van de stekker open staan.
1.5.4.
Lampjes laseremissie
De status van het lasersysteem wordt op het aanraakscherm en de voorrand weergegeven en via hoorbare alarmen en de richtstraal
aangegeven.
Wanneer het lasersysteem actief is, zal een lampje met EMISSIE! (Afbeelding) op het aanraakscherm verschijnen en gaan knipperen. Zie
Hoofdstuk 4.3.5 voor een volledige beschrijving van de overgangen van dit lampje op basis van de lasermodus (d.w.z. Stand-by, Gereed of
Emissie).
Afbeelding 1
Afbeelding 2

Publicidad

loading