Descargar Imprimir esta página

Chattanooga LIGHTFORCE XLi Instrucciones De Uso página 228

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 42
Het oranje LED-lampje (Afbeelding) naast de aan/uitknop op het voorpaneel licht op om de status van
de laser aan te geven. Als de laser is uitgeschakeld, wordt deze beschouwd als zijnde in een veilige
toestand - Stand-by. Tijdens de overgang van de Stand-by -modus naar de Gereed-modus knippert
het LED-lampje. In de Gereed-modus brandt het lampje continu. Tijdens de emissie knippert het lampje.
Bovendien is er een rode richtstraal die uit het handstuk komt in de Gereed- en Emissie-standen, die
een zichtbare indicatie geeft van de laserstatus en de behandellocatie. Deze richtstraal knippert tijdens
de overgang van de Stand-by-modus naar de Gereed-modus.
En ten slotte is er een hoorbare indicatie tijdens de Emissie in de vorm van een constante toon of een continue pieptoon, afhankelijk van de
instellingen van het systeem. Het geluidssignaal klinkt zes keer tijdens de zes seconden durende overgang van de Stand-by- naar de Gereed-
modus.
1.5.5.
Bescherming zonder toezicht 100 seconden
Als het lasersysteem in de Gereed-modus blijft staan zonder de laseremissie in te schakelen, keert het systeem automatisch terug naar de
Stand-by-modus.
1.5.6.
Energiemonitor interne laser
Om de gevaren van overmatige blootstelling als gevolg van een buitensporig laservermogen te voorkomen, bewaakt het lasersysteem continu
de uitgangsstroom van de diodes om er zeker van te zijn dat deze binnen de fabrieksinstellingen vallen. Als bespeurd wordt dat de elektrische
stroomniveaus de boven- of ondergrens overschrijden die zouden kunnen resulteren in vermogensniveaus buiten de ±20%-drempels, dan
stopt de laser de emissie en keert terug naar de Stand-by-modus. Om de foutmelding te wissen en het lasersysteem te resetten, moet de
operator op de EXIT-toets op het aanraakscherm drukken.
1.6.
Veiligheidsbril Laser
IEDEREEN in het Laser Treatment Controlled Area (LTCA) MOET tijdens een laserbehandeling de veiligheidsbril
dragen die met het lasersysteem wordt meegeleverd. De veiligheidsbril heeft een optische dichtheid (OD)
classificatie van OD 5.0+ voor 808 nm EN 980 nm golflengten, zoals aangegeven op de lenzen (Afbeelding).
Extra veiligheidsbrillen zijn verkrijgbaar in de webwinkel van het bedrijf.
2. Systeem Instellen
Let op: Schakel het lasersysteem ALTIJD UIT en trek de stekker uit het stopcontact voordat het
lasersysteem opgetild, verschoven of verplaatst wordt.
2.1.
Locatie
Selecteer een veilige en goed geventileerde locatie waarin het lasersysteem geïnstalleerd en bediend kan worden (zie Hoofdstuk 1.3 voor
een beschrijving van het gecontroleerde gebied voor de laserbehandeling).
Het apparaat moet zich binnen 1.8 meter (6 feet) van een beschikbaar 100-240 V stopcontact bevinden.
Kies een vlak, hard oppervlak dat het lasersysteem voldoende kan ondersteunen.
Zorg voor voldoende luchtstroom rond het lasersysteem. Het lasersysteem is luchtgekoeld en ontworpen voor gebruik op een goed
geventileerde locatie. Er moet een minimale speling van 10 cm (4 inch) zijn rond de achterkant van het apparaat.
Er moet een geschikte brandblusser bij de hand zijn.
Waarschuwing: Gebruik het lasersysteem niet in omgevingen met explosiegevaar, zoals ontvlambare materialen of gassen.
2.2.
Uitpakken en eerste installatie
Step 1.
Haal het lasersysteem en de accessoires voorzichtig uit de verpakking.
Step 2.
Inspecteer het lasersysteem zorgvuldig op beschadigingen, zoals barsten, deuken of verbogen onderdelen.
Step 3.
Neem contact op met de klantenservice als er onderdelen ontbreken of beschadigd zijn. Stel de transporteur ook op de
hoogte als de schade zich lijkt te hebben voorgedaan tijdens het transport en bewaar de verpakking als
bewijs.
Let op: Als het label van het garantiezegel (Afbeelding ) niet op de onderkant van het apparaat aangetroffen wordt
of kapot is, mag u het apparaat NIET gebruiken. Neem contact op met de klantenservice.
Step 4.
Sluit het vrouwelijke uiteinde van het netsnoer aan op de AC-ingang aan de achterkant van het
lasersysteem.
Step 5.
Sluit het mannelijke uiteinde van het netsnoer aan op een geaard 100-240 V stopcontact.
2.3.
De Beam Delivery Assembly (Straaltoedieningsassemblage) aansluiten
Let op:
De glasvezel van het handstuk niet uit de emissiepoort verwijderen nadat deze bevestigd is (tenzij de glasvezelkabel vervangen
moet worden).
Herhaaldelijk inbrengen en verwijderen van de glasvezelkabel van het handstuk vergroot de kans op verontreiniging van de
emissiepoort of de glasvezeluiteinden. Als de emissiepoort of het uiteinde van de glasvezel verontreinigd is, kan de glasvezel
tijdens de laseremissie beschadigd raken.
Als de glasvezel verwijderd moet worden, gebruik dan de stofkap om te voorkomen dat stof en vuil de emissiepoort kan
verontreinigen. Laat de poort niet onbeschermd achter.
RSR-000885-000 (6)
Afbeelding 3
Afbeelding 4
Afbeelding 5
WARRANTY
VOID
IF SEAL
IS BROKEN
Afbeelding 6
Pagina 4 van 20

Publicidad

loading